Oud-leerling aan het woord: Samira Ataei

Terug naar overzicht

Samira Ataei

 

Oud-leerling Samira Ataei (economie-moderne talen, 2015) werkt nu als buitenlandredacteur voor de krant De Standaard. Met enthousiasme vertelt ze hoe ze erin geslaagd is haar droomjob pakken te krijgen.

 

De Nederlandse dichter Rodaan Al Galidi had een punt toen hij schreef: ‘Asjeblieft, laat me mijn dromen volgen. Maak eerst de droom wakker, daarna mij.’ Dat lijkt me de juiste volgorde. Zelf droomde ik als kind ervan schrijver te worden. Maar dat leek, zoals iemand die de ruimte wil invliegen, een beetje onmogelijk. Althans, zo dacht een meisje dat België niet haar geboorteland kon noemen.  

Nadat ik afstudeerde in de economie-moderne talen, koos ik om voor Taal- en Letterkunde te gaan. Engels, omdat ik graag in die taal las. Duits, omdat ik jaloers was op alle weetjes die mijn leerkracht wist over de DDR-periode. Gent werd mijn nieuwe habitat, de bibliotheek mijn tweede thuis. Vier jaar lang leerde ik hoe boeken als vensters op de wereld dienen, iets wat de maatschappij niet altijd even nuttig vindt. Toch kwam ik via al die dichters en denkers tot inzichten die mij tot op de dag van vandaag helpen in mijn werk en privéleven. De studierichting leert iets bij over de impact van taal, het belang van woorden en toont waarom culturen ontwikkelen en hoe complex de psychologie van de mens is.  

Mijn liefde voor de Duitse literatuur groeide, en dus spendeerde ik een maand in Rostock voor een zomeracademie en deed ik een uitwisseling in Hamburg, een geweldige havenstad die net niet Scandinavië ademt. Daar vertelde een medestudent mij heel trots: ‘Wie zichzelf zoekt, gaat naar Berlijn. Wie zichzelf heeft gevonden, komt naar Hamburg.’ Ha! Alsof ik mijzelf had gevonden op mijn eenentwintigste. Ik had nog geen flauw benul hoe ik mijn leven kon indelen als ik veel interesses had en snel verveeld raakte. Het beroep journalist durfde ik niet in de mond te nemen. Dat leek, zoals iemand die de ruimte wil invliegen, een beetje onmogelijk. Althans, zo dacht een jonge vrouw aan wie werd gezegd: ‘Ik ben benieuwd of jij later met jouw naam een job zult vinden.’ 

Toen mijn talenstudies eindigden, zocht ik naar een manier om zo veel mogelijk te blijven schrijven. Ik besliste om eerst in Gent vakken in de internationale politiek te volgen en deed nadien een tweede master in de journalistiek in Brussel. In tussentijd meldde ik mij vrijwillig aan als stagiair bij nieuwsmedia in Antwerpen en Amsterdam die zich richten op onderzoeksjournalistiek. Toen die laatste stage bijna was afgelopen, dook er een vacature op bij de krant waar ik ooit hoopte te werken. Met veel ambitie en weinig verwachtingen solliciteerde ik voor de positie van buitenlandredacteur. En dat leek de juiste combinatie te zijn. 

Inmiddels mag ik ruim anderhalf jaar een blik werpen op de wereld, ze proberen te begrijpen en zelf een venster creëren. Inmiddels is schrijven een aangename evidentie geworden. Maar ook goed luisteren, veel lezen en soms reizen. Onlangs trok ik naar het zuiden van Turkije om te berichten over de verwoestende aardbevingen. Had iemand mij op mijn eenentwintigste verteld dat ik vijf jaar later mijn verjaardag ging ‘vieren’ in een rampgebied, dan had ik gezegd: dat is onmogelijk. Maar niet alles is onmogelijk. Je moet eerst je droom wakker krijgen. En dan je passie volgen.

 

Samira Ataei

 

Terug naar boven

Terug naar overzicht